Reis- & wandelverslagen
Lombardije

Lombardije

Lombardia (Lombardije) ligt in het midden van de noordelijke regioni. Het grenst aan de Alpen, de Zwitserse grens en de Po-rivier in het zuiden. De regione dankt zijn naam aan de Longobardi. Deze 'barbaren' die zich hier in de 6e eeuw v. Chr. vestigden, hebben er mede voor gezorgd dat de Romeinen definitief het veld moesten ruimen. Veel later, in de 12e eeuw, werd hier door een aantal machtige families de Lombardische Liga opgericht die zich met een aantal stadstaten een behoorlijke zelfstandigheid en welvaart verwierf. Uit de periode die volgde, waarin de regione zich verder versterkte in met name de handel en het bankieren, stammen depalazzi, kerken en vele kunstschatten die je aantreft in de steden van Lombardia.

Hoofdstad van de regione Lombardia is de metropool Milano (Milaan). Het is een zeer drukke, maar boeiende zakenstad die het kloppende financiële hart vormt van Italië.

Duizenden toeristen trekken jaarlijks naar de Noord-Italiaanse meren: het Lago Maggiore, Lago di Lugano, Lago di Como, Lago d'Iseo en de westkant van het Lago di Garda. Deze meren zijn dankzij hun gunstige klimaat, de overweldigende natuur, de pittoreske dorpjes (vooral aan het Lago di Como) toeristische trekpleisters. In het uiterste noorden van de regione, aan de Zwitsers/Oostenrijkse grens, ligt ook nog een gedeelte van het schitterende natuurgebied Parco Nazionale dello Stelvio, met als middelpunt het kuuroord Bormio. Dit stadje vormt een ideaal uitgangspunt voor de zomer- en wintersportvakantie. De Giardino Botanico bevat een mooie verzameling alpiene flora die in ook in het park terug te vinden is. Capo di PonteHet Val Camonica ten noorden van het Lago d'Iseo is door de Unesco uitgeroepen tot beschermd cultuurgebied.
In dit mooie, brede gletsjerdal vind je een uitzonderlijke verzameling prehistorische rotstekeningen. De oudste van de 180.000 gecatalogiseerde tekeningen dateren al van 2000 v. Chr. centraal ligt in het Parco Nazionale delle Incisioni Rupestri.

Lago Maggiore

Het Lago Maggiore ligt in het grensgebied van Italië en Zwitserland. Het wordt in het Italiaans ook wel Lago Verbano genoemd, van Lacus Verbanus, de oude Romeinse benaming. Het Zwitserse deel ligt in het kanton Ticino. De westelijke oever van het Italiaanse deel ligt in de regio Piëmonte, de oostelijke oever in Lombardije.

Het meer is 212 km² groot, 60 km lang en maximaal 10 km breed. Het noordelijke deel ligt in de Alpen, het zuidelijke deel in het heuvelland dat de overgang vormt tussen de Alpen en de Povlakte. Het meer ligt op 193 m boven zeeniveau en is maximaal 372 m diep, 179 m beneden zeeniveau. Zowel in Italië als Zwitserland ligt het meer in Italiaanstalig gebied.

Bekende plaatsen langs het meer zijn Locarno, Ascona, Verbania, Luino en Stresa.

De rivier de Ticino stroomt in het noorden het meer in en verlaat het weer in het zuiden om uiteindelijk in de Po uit te monden. Andere rivieren die het Lago Maggiore instromen zijn de Maggia, Toce en de Tresa. Het meer kent een afwateringsprobleem. Al het water uit de Ticinovallei, de Ossolavallei en het gebied rond het Ortameer wordt via het Lago Maggiore en de sluizen bij Sesto Calende de Povlakte ingeleid. In het voorjaar zorgt smeltwater uit de bergen vaak voor wateroverlast in de dorpen aan het Lago Maggiore.

Er liggen ook eilandjes in het meer. De bekendste zijn de Borromeïsche Eilanden: Isola Bella, Isola Madre en Isola dei Pescatori. Deze eilandjes liggen in de grote baai of uitham van het meer naar het westen bij Verbania. Bij Cannobio liggen op drie eilandjes de ruines van middeleeuwse kastelen, de Castelli di Cannero. Het meer is, net als de andere grote Italiaanse Alpenmeren, in een van de ijstijden door een gletsjer uitgeslepen. Aan de zuidkant is daarbij een morenewal achtergelaten, die een soort natuurlijke dam vormt. Er leven ook beroepsvissers van het meer. Er wordt ongeveer 150 ton vis per jaar gevangen. Het meer bevat een forelsoort die nergens anders ter wereld voorkomt.

Het meer is sinds lange tijd een belangrijke toeristische trekpleister. De Europese adel streek in de 19e eeuw massaal neer in de luxe hotels of bouwde eigen villa's, vaak met een botanische tuin zoals in Alpino, Baveno of Pallanza. Zo is langs de oevers van het hele meer een exotische beplanting ontstaan, met voornamelijk verschillende soorten palmen.

Sinds 1826 is er ook passagiersscheepvaart op het meer. De Navigazione Laghi heeft een vloot van ongeveer 25 schepen.

Comomeer, het mooiste meer van Italië

Het Comomeer ligt in het Noorden van Italië. Het Comomeer is het diepste meer van Italië. Op het diepste punt is het meer 410 meter diep! Het Comomeer is vernoemd naar Como, de grootste stad aan het meer. Naast Como zijn er diverse andere mooie plaatsen, zoals: Bellagio, Varenna, Menaggio, Gravedona en Lecco. In het noorden van het meer vind je de hoogste berg: de Monte Legnone (2.609 m).

Het Comomeer is het op twee na grootste Italiaanse alpenmeer en heeft een glaciale oorsprong. Het meer heeft een maximale lengte van 46 km en een maximale breedte van 4,3 km. De grootste watertoevoer is de rivier de Adda, die in het noorden van het meer binnenstroomt.

x Terug naar boven


Map van de bezochte plaatsen in Lombardije

Op onderstaande kaarten staat aangegeven welke plaatsen we reeds bezochten. De kaart is inzoombaar en aanklikbaar en linkt door naar meer details van de bezochte gebieden en gemaakte wandelingen.


x Terug naar boven